De Fabriek

Categorie: Kunstpodium Basis
Advies: positief, maar niet toegekend vanwege tekort aan budget

Het advies luidt:
De artistieke visie en de artistiek-inhoudelijke kwaliteit van activiteiten uit het recente verleden beoordeelt de commissie als voldoende. De commissie herkent in De Fabriek een plek waar zowel startende als meer ervaren kunstenaars alle ruimte krijgen om hun praktijk te ontwikkelen en te presenteren aan publiek. Het kunstpodium heeft met haar activiteiten van de afgelopen jaren gepoogd zich van een gesloten naar een meer open organisatie te ontwikkelen. Dit ziet de commissie terug in de nieuwe vormen van residency die zijn onderzocht. Zij mist een scherpe artistieke visie op actuele onderwerpen. Er is aandacht voor de activiteiten van De Fabriek in lokale pers.

De artistiek-inhoudelijke kwaliteit van de activiteiten uit het plan beoordeelt de commissie als voldoende. De commissie heeft waardering voor de jaarprogrammering Ripple Effects, waarmee De Fabriek de verschillende programmaonderdelen in samenhang toelicht. Tegelijkertijd blijft er voldoende ruimte voor de inhoudelijke invulling van de residencies door de kunstenaars. Hoewel de commissie de open call methode voor het selecteren van de kunstenaars passend vindt bij De Fabriek, mist zij een toelichting op de kaders die worden gebruikt bij het selectieproces. Hoewel nog niet alle kunstenaars bevestigd of bekend zijn, heeft de commissie op basis van eerdere activiteiten vertrouwen in de uitvoerbaarheid van het plan.

De innovatieve kwaliteiten beoordeelt de commissie als voldoende. De commissie ziet het werken met een overkoepelend jaarprogramma als vernieuwend voor De Fabriek. Ook de ontwikkeling naar een meer open, naar buiten gerichte organisatie vindt zij innovatief, hoewel deze ontwikkeling al langer gaande is. De Fabriek verhoudt zich naar de mening van de commissie voldoende tot maatschappelijke ontwikkelingen via de thematische programmalijn en de geselecteerde kunstenaars.

Het publieksbereik beoordeelt de commissie als voldoende. De Fabriek beschrijft haar doelgroepen maar omdat er nog geen publieksonderzoek is gedaan, vindt de commissie de beschrijvingen nog te algemeen van aard. Met name de nieuwe doelgroepen die het kunstpodium wil bereiken en de middelen die daarvoor worden ingezet, vindt zij niet overtuigend beschreven. De commissie vindt het positief dat De Fabriek via social media al een groot bereik heeft, hoewel de aanpak hiervoor niet is uitgewerkt. Het plan biedt de commissie voldoende vertrouwen dat in ieder geval een deel van het beoogde publiek zal worden bereikt.

De lokale en regionale inbedding beoordeelt de commissie als ruim voldoende. De Fabriek werkt samen met regionale partners als MAKE en St. Joost School of Art & Design en de commissie waardeert de stabiele positie die het podium inneemt in de omgeving Eindhoven. Ook vindt de commissie dat De Fabriek zich met haar dubbelrol als productie- en presentatieplek onderscheidt in functie ten opzichte van andere instellingen in de regio. De Fabriek wordt ondersteund door de provincie Noord-Brabant en de gemeente Eindhoven.

De kwaliteit van de organisatie en de professionaliteit in bedrijfsvoering beoordeelt de commissie als voldoende. Een extern bureau heeft dit criterium geanalyseerd en daarover geadviseerd. De commissie kan zich vinden in dit vooradvies.

De omgang met de Fair Practice Code (FPC) beoordeel de commissie als net onvoldoende. De Fabriek geeft toelichting op de vijf kernwaarden van de Fair Practice Code, maar uit de aanvraag blijkt niet overtuigend dat er op dit moment een actief geïmplementeerd beleid op het gebied van de FPC is. Het kunstpodium beschrijft welke stappen er in de toekomst genomen gaan worden, zoals het toepassen van de richtlijn kunstenaarshonorarium. De genomen en te nemen stappen getuigen van motivatie om de code beter toe te passen dan voorheen, hoewel een aantal stappen niet terug te vinden zijn op de begroting.

De omgang met de Governance Code Cultuur (GCC) beoordeelt de commissie als voldoende. De Fabriek onderschrijft de GCC en uit de aanvraag blijkt hoe de GCC is geïmplementeerd in de organisatie. Het kunstpodium geeft blijk van de taken en rollen van het bestuur en de directeur die zijn uitgewerkt in een bestuursreglement en een directiereglement. De Fabriek geeft een reflectie op het eigen handelen, maar noemt geen verbeterpunten en levert geen stappenplan gericht op verbetering rondom de naleving van de GCC.

De omgang met de Code Diversiteit & Inclusie (D&I) beoordeelt de commissie als ruim onvoldoende. De Fabriek zegt D&I wezenlijk onderdeel te willen maken van programma, partners, personeel en het publiek met als doel een duurzame kwaliteitsverbetering te bewerkstelligen in zowel werkwijze als aanbod. D&I is de afgelopen jaren incidenteel in de programmering van (inter)nationale kunstenaars terug te zien. Uit de samenstelling van het huidige team en bestuur en de samenwerkingen met partners blijkt echter dat de organisatie zich vrij eenzijdig verhoudt tot diversiteit en inclusie. Het kunstpodium beschrijft verbeterpunten en een stappenplan, maar alleen met betrekking tot meerstemmigheid in de programmering en niet op andere onderdelen van de code. Daarmee overtuigt De Fabriek niet dat er sprake is van een bewust en geïmplementeerd beleid voor D&I.

De adviescommissie heeft de beoordelingscriteria van de regeling Kunstpodium Basis gewogen in onderlinge samenhang. Hierbij is het criterium gericht op de lokale en/of regionale inbedding zwaarder gewogen, omdat dit een aandachtspunt is binnen de regeling Kunstpodia. Zij is gekomen tot het eindoordeel dat de aanvraag van De Fabriek voldoende is, maar als gevolg van het beperkte budget adviseert zij de aanvraag af te wijzen.